Projecten

Project
OUTSTANDING 86,37%

ABN AMRO Paviljoen

Het nieuw te bouwen ABN AMRO Paviljoen wordt uniek in Nederland: het eerste praktijkvoorbeeld van duurzaam en circulair ontwerpen. Circulair ontwerpen: de hoofdgedachte is dat de impact van het bouwen zo weinig mogelijk inbreuk maakt op de grondstoffen van de wereld. De circulaire economie is afvalvrij en veerkrachtig en dat is precies de gedachte achter het Paviljoen. Er is vanaf het begin rekening gehouden met de recyclebaarheid van de gebruikte materialen.

De circulaire economie gaat ook over mensen, en hoe ze beter functioneren in een prettige omgeving waar veel mogelijkheden tot interactie zijn. Ook dat heeft invloed gehad op het ontwerp. Het nieuwe Paviljoen is gelegen aan het Mahlerplein op de Zuidas, vlakbij het station Zuid en staat voor het hoofdgebouw van ABN AMRO. Wat opvalt is de grote glazen pui die een open uitstraling geeft. Het publiek kan de brede trappen aan zijkant van het Paviljoen gebruiken. De trap leidt naar  een openbare plek waar zowel passanten als werknemers elkaar kunnen ontmoeten. Het dak is bedekt met aarde en gras en draagt daardoor bij aan de biodiversiteit. Het is een aantrekkelijke, openbare plek om in de pauze een frisse neus te halen.

Binnenin het gebouw is er ruim 2000m2 vergader- en werkruimte, maar er is ook een ruimte geserveerd voor het zogenaamde ‘living lab’. Een ruimte waar de nieuwste innovaties, die veelbelovend lijken maar hun waarde nog niet hebben bewezen, worden toegepast en getest. Een deel van de gevel is bijvoorbeeld geschikt gemaakt voor het toepassen van nieuwe materialen, zodat er kan worden gekeken of er nóg duurzamer toepassingsmogelijkheden zijn. De Technisch Universiteit Delft is vanaf het begin bij het project betrokken, en zal in het ‘living lab’ aanwezig blijven om de experimenten te monitoren en uit te bouwen. Op die manier wordt de theorie voortdurend in de praktijk getest. Het is niet ondenkbaar dat het ‘living lab’ een samenwerking met startups zal opleveren, die op hun beurt weer innovatieve ideeën leveren, zowel op het gebied van innovatieve samenwerking als op bouwgebied.

Vanuit bouwkundig perspectief is er gekeken naar de verschillende levenscycli van de verschillende onderdelen van het Paviljoen. Projectarchitect Hans Hammink: ‘Het gekozen hoofdmateriaal is hout. De levenscyclus van de dragende constructie wordt geschat op dertig jaar. Dat betekent dus dat de leverancier het hout na dertig jaar moet kunnen komen ophalen, om het opnieuw te gebruiken. En dát betekent weer dat we het ontwerp zo moeten maken, dat het eenvoudig in onderdelen uit elkaar te halen is.’
Hammink voegt eraan toe dat in de circulaire gedachtegang de houtleverancier feitelijk niet meer een ‘leverancier’ is, maar een ‘co-maker’ of ‘medemaker’. De leverancier moet er baat bij hebben dat hij zijn hout na dertig jaar weer kan gebruiken. Hoe dat in detail gaat werken, is nog iets waarover wordt nagedacht. Hammink: ‘Dat is ook een gevolg van circulair bouwen. Je probeert verder vooruit te kijken, visionair te zijn. Je brengt een filosofie in de praktijk, maar sommige oplossingen moeten zich nog aandienen.’
Ieder aspect van het gebouw heeft bijzondere aandacht gekregen. Het gebruik van meubelen, de duurzaamheid, flexibiliteit en herbruikbaarheid van de inrichting; steeds is er met nieuwe partners samenwerking gezocht, wat weer leidde tot nieuwe oplossingen. Zo gaat er een nieuw ontmoetingscentrum ontstaan dat meer is dan alleen een fraai gebouw. Het Paviljoen wordt pionier op het gebied van de circulaire economie. Een ontwerp waarbij de architecten zoveel mogelijk in de toekomst keken en de gebruikers die toekomst vormgeven en uitbouwen; een zichzelf immer voortstuwend proces.